Als organisatie wil je groeien. Zo kun je de doelen behalen waar je je aan het begin van het jaar of start van de onderneming aan hebt gecommitteerd. Over tijd pas je deze doelen aan zodat ze beter passen bij je recente bedrijvigheden. Gaat het goed, worden deze doelen vaak ambitieuzer en gedurfder onder het mom van meer groei. De vraag is, hoe eenzijdig is deze groei? En wie zijn er nu vooral bij gebaat?
In 2017 publiceerde Oxford-econoom Kate Raworth haar boek Donuteconomie, in zeven stappen naar een economie voor de 21e eeuw. Hiermee verzette ze zich tegen het neoliberaal gedachtegoed waarop ons huidige economische model is gebaseerd. Oneindige, exponentiële groei werd daarmee met de grond gelijkgemaakt. Want, zo stelt ze, die oneindige groei bevredigd nu een bijzonder klein aantal van de mensen, en op de lange termijn vernietigt het ieder zijn leefwereld – de aarde.
Onnatuurlijke groei
Laat het duidelijk zijn dat groei absoluut gewenst is. In de natuur zien we groei overal om ons heen in de vorm van uitkiemende plantenzaden, torenhoge bomen, de groei van onze kinderen, enzovoorts. Zo ook in organisaties zien we groei als een noodzaak. Denk aan nieuw personeel, dat gehuisd moet worden in een groter pand, dat in verloop van tijd een groeiend salaris op zijn of haar rekening ziet verschijnen. Het verschil tussen natuur en organisatie is dat de een het op een organische wijze realiseert, terwijl de ander in de loop der tijd exponentiële vormen van groei heeft omarmt. Meer groei is, in het laatste geval, altijd beter.
De schreeuw om een ander paradigma is overal te horen. Vanuit economisch, ecologisch en psychologisch perspectief zijn deze kreten nadrukkelijk te horen. Zo zet Raworth zich met haar boek in voor een oplossing vanuit een economisch en ecologisch perspectief, terwijl de neerwaartse mentale gesteldheid gezien kan worden als een psychologische kreet om een ander leefmodel. Als we volgens deze crises inderdaad af willen van exponentiële groei, maar groei toch zien als een noodzaak voor vooruitgang, hoe ziet zo’n duurzame vorm van groei er dan uit?
Manager als controleur
Sinds de intrede van de beurs als nationaal en mondiaal platform om vraag en aanbod te stimuleren, hebben aandeelhouders van ondernemingen op deze beurs een koninklijke positie weten te bemachtigen. Sturing vanaf een afstand of via kwartaaloverleggen gaf hen de mogelijkheid om op afstand (meerdere) enorme ondernemingen te controleren. De wens om als aandeelhouder minimaal zichtbaar te zijn op het operationele front, bracht de manager in het leven. Hedendaags kennen we de manager als de eindverantwoordelijke voor de operationele activiteiten van een organisatie. Gestuurd door kwartaalvergaderingen met de aandeelhouders, zijn managers decennialang gestimuleerd om zoveel mogelijk winst te behalen voor de aandeelhouders.
Milton Friedman omarmde deze notie in zijn in 1970 gepubliceerde essay The Social Responsibility of Business is to Increase Its Profits. Managers zijn in feite werknemers, die de aandeelhouders tevreden moeten stellen met zo veel mogelijk geld, stelde Friedman.
Groei zit ook in de persoonlijke ontwikkeling van je huidige collega’s, verkleinen van de ecologische voetafdruk of een veiligere bedrijfscultuur neerzetten.
Duurzame groei
Tegenwoordig zijn we al een stuk bewuster van onze bedrijfsvoering en diens doelen, dan dat deze uitspraak doet vermoeden. Zo heeft in de afgelopen jaren de gemiddeld werknemer meer zeggenschap gekregen over diens manier van organiseren, verdelen enkele ondernemingen de aandelen onder het personeel, en besluit een outdoor magnaat als Patagonia al haar winsten in te zetten om klimaatverandering tegen te gaan.
We staan echter nog niet ver van de traditionele geluiden af. In de grote meerderheid van organisaties wereldwijd wordt groei nog steeds verheerlijkt.
Op een werkelijk duurzame manier omgaan met een onderneming vergt ook het omarmen van periodes van mindere resultaten en dus afwezigheid van groei. Hoe ziet dit eruit in een gezonde, duurzame organisatie?
Het begint bij een bredere kijk op groei. Niet enkel kijkend naar de grootte van het financieel kapitaal, aantal medewerkers of kantoorgrootte. Groei zit ook in de persoonlijke ontwikkeling van je huidige collega’s, verkleinen van de ecologische voetafdruk of een veiligere bedrijfscultuur neerzetten.
Bevind je organisatie zich in mindere tijden waarin financiële groei niet aan de orde is? Denk dan aan je eerste economie lessen waar je werd verteld dat in tijden van recessie investeringen enorm van belang zijn, in tegenstelling tot een passieve houding. Investeer dan ook in je mensen, in een nieuwe kijk op je eigen doelen of zie het als een moment om de juiste vragen te stellen in plaats van te zoeken naar antwoorden.
Onderzoek wijst dan ook uit dat lange termijn investeringen in personeel en organisatie gecombineerd met minder financiële hebzucht onder leidinggeven, een organisatie sneller uit een recessie helpen.
En nee, je hoeft niet alle bedrijfswinsten op te offeren om een droom te verwezenlijken. Denk wel concreet na over wat jouw droom inhoudt en die van de onderneming, en hoe je hier als collectief naartoe kan groeien. Dat is duurzaam groeien.
Dit blog is geschreven door:
Axel Mpeti
Content | Consultant
Naast een jonge consultant, is Axel binnen Semco Style Institute verantwoordelijk voor methodologische en marketing-gerelateerde content, met als doel de verrijking van de Semco Style filosofie. Klik hier voor meer blogs van Axel.
Op zoek naar meer inspiratie?
Het is onze missie om mensgerichte organisaties te bouwen. We doen dit onder andere door het aanbieden van programma’s en evenementen. Bekijk hier ons evenementenoverzicht en laat je inspireren.